Interview Jeroen Heesen, ROCvA MBO College Hilversum
Hoe wordt de nieuwe leermiddelenmix van SVH ingezet in Hilversum voor de opleiding niveau 2 Gastheer/-vrouw. Het perspectief van de docent.
Jeroen Heesen
Jeroen Heesen is docent gastheerschap aan het ROCvA in Hilversum. Hij leerde de kneepjes van het horecavak al vanaf zijn zestiende d.m.v. diverse horecabanen. Na de middelbare hotelschool is hij begonnen in de hotellerie en heeft hij op veel verschillende plaatsen gewerkt, waaronder in Amsterdam. Vervolgens maakte hij de overstap naar de restaurantwereld. Na een aantal jaar in deze branche kwam hij in aanraking met de opleidingsmanager van het ROC. Hij wilde weten of Jeroen interesse had om over te stappen naar het horecaonderwijs om samen met dat team een mooie horecaopleiding neer te zetten. Nou, zo gevraagd zo gedaan. Jeroen zit inmiddels 13 jaar in het onderwijs, ooit begonnen als officiële leermeester in het vak. Later via de weg van praktijkinstructeur tot geschoolde onderwijsdocent bekwaamd.
Cross-over Bediening & Kok
Jeroen werkt nauw samen met Marcel Sligter. Waar Jeroen de bedieningsopleidingen aanstuurt, stuurt Marcel de koksopleidingen aan. Samen proberen zij de leermiddelenmix in te zetten voor de gehele vaklijn van niveau 2 t/m 4. Door samen de methode in te zetten kunnen ze een cross-over van beide opleidingen organiseren, zodat kok en bediening meer samen gaan doen. Zo kan een les over fruit bijvoorbeeld op dezelfde dag eerst voor de keuken en later voor de bediening gegeven worden. Of voor beide opleidingen tegelijk. Vanuit het product vertalen we het naar toepassingen voor zowel keuken als bediening. Zo krijgen ze gezamenlijke vakkennis en leren ze elkaars vak kennen en waarderen.
Ook houden Marcel en Jeroen zich bezig met de nieuwe niveau 4 vakopleidingen die volgend schooljaar gaan starten: Leidinggevende Keuken en Leidinggevende Bediening.
Inzet leermiddelenmix vanuit visie
Jeroen werkt met de complete leermiddelenmix van SVH voor zijn opleiding niveau 2/3 Gastheer/-vrouw. Hij gebruikt de methode, maar zet het wel in op zijn eigen manier. SVH laat zien hoe het kan en dat is één manier, maar er zijn meerdere wegen die naar Rome leiden. Hieronder legt Jeroen uit hoe de methode in de praktijk wordt ingezet.
Ons uitgangspunt is onze visie. En dat is: werken vanuit de klassieke horecaleer, en dat vertalen naar de moderne gastronomie, waarbij we gebruik maken van belangrijke pijlers zoals trends & innovaties, cultuur, duurzaamheid, gezond, verantwoord en kwaliteit. Dat combineren met uitdagend onderwijs en levensecht leren.
“Wij zitten om te beginnen niet vast aan de volgorde van bladzijdes. Het lesmateriaal zien wij als een bron, net als onze leveranciers en producten bronnen zijn. Ons uitgangspunt is onze visie. En dat is: werken vanuit de klassieke horecaleer, en dat vertalen naar de moderne gastronomie, waarbij we gebruik maken van belangrijke pijlers zoals trends & innovaties, cultuur, duurzaamheid, gezond, verantwoord en kwaliteit. Dat combineren met uitdagend onderwijs en levensecht leren. Daarnaast richten wij ons op de regionale markt en werken we nauw samen met het bedrijfsleven, leveranciers en brancheverenigingen.
Projecten als rode draad
Wij kiezen dus de uitgever op basis van onze visie en onze opleiding, niet andersom. En dat is de basis. Wij kijken naar wat bij onze visie past en wat de leerlingen natuurlijk het prettigst vinden. Wij als docenten werken zowel vanuit een onderwijsdossier als vanuit het beroep. Hiervan uitgaande, schrijven wij zelf projecten die het onderwijs en het beroep verbinden. Daardoor weten we zeker dat we geen dingen dubbel doen of de leerlingen te veel huiswerk meekrijgen.
Die projecten zijn de rode draad en werken als volgt: zo lopen de projecten per periode en hebben ze een centraal onderwerp. Ze bevatten opdrachten die zowel op school als in het leerbedrijf en in de SVH-leermiddelen aan bod komen. Hierdoor is alles verbonden met elkaar. Een voorbeeld van een eerstejaars project is alcoholvrije dranken. Binnen dit project doen ze diverse opdrachten zoals alcoholvrije dranken uitwerken, een alcoholvrije drankenkaart ontwikkelen en een alcoholvrije cocktail met recept maken. Deze maken ze op het leerbedrijf of presenteren ze op school. Deze opdrachten bespreken ze zowel met de leermeester als de docent. Bij het leerbedrijf maken ze een plan van aanpak waarin beschreven wordt waar ze het leerbedrijf, de school en de boeken voor gaan gebruiken. Zowel de docent als de leermeester in het bedrijf beoordelen de leerlingen. Ze nemen de opdracht dus mee op school, in het leerbedrijf en gebruiken alle bronnen, zoals het lesmateriaal en producten. Het gemiddelde cijfer van de docent en de leermeester telt als periodecijfer.
We hebben per schooljaar vier lesblokken en dus vier projecten. Die schrijf ik zelf. Zo is blok 1 de introductie van de horeca en de leerbedrijven. In de digitale omgeving sleep ik dan de onderwerpen die hierbij horen naar blok 1. En zo doe ik dat ook bij blok 2; alcoholvrije dranken en natuurlijk ook bij blok 3 en 4. In het tweede leerjaar worden de projecten nog uitdagender en praktischer.
Als we kijken naar de lesmethode, kiezen wij onze eigen volgorde van de hoofdstukken. Digitaal, in SVH Horecatalent, sleep ik de blokken naar de periode waarin ik ze nodig heb. En alleen die blokken behandel ik dan. Dat kiezen we zelf, als docententeam. De ene keer gebruiken we meer de boeken, de andere keer komt de digitale omgeving meer aan bod. Ook werken de leerlingen de ene keer meer individueel en zelfstandig, de andere keer behandelen we meer onderwerpen klassikaal en werken ze meer in teamverband.
Waarom SVH?
We merken dat leerlingen een combinatie willen van zowel boeken als digitaal. Ze willen niet 100% alleen uit boeken leren maar ook niet 100% alleen maar digitaal werken. De reden dat wij met SVH samenwerken is omdat in de nieuwe leermiddelen de mensen die nu met hun voeten in de klei staan aan het woord zijn. Het gaat over de moderne gastronomie, de moderne horeca en dit past dus bij onze visie. De horeca verandert zo snel. We moeten inspelen op trends. En ook de uitgever moet dus up-to-date blijven. Uiteraard is het oude klassieke wel belangrijk. Dit moeten we zeker laten zien, maar we moeten het wel vertalen naar de moderne leer. Iedere dag verschijnen er nieuwe concepten, nieuwe visies, trends en producten op de markt. Je moet jezelf blijven verdiepen in de moderne horeca, anders ga je echt achterlopen. Dat willen we niet, want de leerlingen zitten er middenin. We moeten voorkomen dat zij gaan voorlopen op ons. En dat is het prettige aan SVH, daar kun je mee sparren, ze denken mee.
Een andere reden dat we deze leermiddelen nu gebruiken is dat de leerlingen de oefentoetsen erg prettig vinden en ook de variatie in de opdrachten kunnen waarderen. Er komen jonge mensen aan bod, dat staat natuurlijk dicht bij ze. Bovendien is het erg visueel d.m.v. films en worden er veel echte voorbeelden uit de praktijk gegeven. Vaak door bekende mensen, rolvoorbeelden. Daarom combineren we de lesmaterialen ook met gastlessen en workshops. Bijvoorbeeld met het onderwerp zuivel: dan komt onze leverancier met verse zuivel vanaf de boerderij naar school. Dan krijgen ze meteen een goed beeld bij de stof. Daarnaast kijken we ook goed naar de schoolkosten voor een leerling. We willen niet de leerling onnodig op extra kosten jagen. De lesmaterialen moeten goed aansluiten op de onderwijsvisie, zodat ook alles goed gebruikt wordt en we leerlingen niet voor niets lesmaterialen laten aanschaffen. Naast de reguliere lesmaterialen maken we ook veel gebruik van bijvoorbeeld passie.horeca, het internet, youtube en vakbladen zoals een Misset Horeca of Entree.
Driehoeksverbinding
De leerlingen lopen ook continu stages, al vanaf het begin. Wij werken alleen samen met erkende leerbedrijven van de SBB. Er is een grote diversiteit aan leerbedrijven, dus voor ieder wat wils. Van regionale restaurants tot grote hotelketens. Alles is mogelijk, zolang de driehoek in verbinding blijft is het goed. Dat is het bedrijfsleven, het onderwijs en de uitgever/examenwerk/KHN. Deze driehoeksverbinding is belangrijk om de kwaliteit van het onderwijs te optimaliseren en te laten aansluiten op de huidige arbeidsmarkt.”