13 dec. 2020
Willekeur gemeenten bij alcoholverkoop door horeca tijdens lockdown
Uit onderzoek van Stichting Vakbekwaamheid Horeca (SVH) naar de wijze waarop gemeenten tijdens de lockdown omgaan met horecazaken die alcohol verkopen bij to go en bezorging, blijkt dat er geen touw aan vast te knopen is. In de ene gemeente mag alles en is er geen handhaving, in de andere gemeente mag niets en wordt streng gecontroleerd. De Drank- en Horecawet biedt vanuit de rijksoverheid geen duidelijke kaders. Daarnaast zijn er provincies, gemeenten én veiligheidsregio’s die andere regels op een andere manier naleven. Ook is er onduidelijkheid over al dan niet verplichte aanwezigheid van een medewerker met sociale hygiëne, ook al wordt er in die horecazaak tijdens de lockdown geen alcohol verkocht. Nederland blijkt een lappendeken met verschillende maatstaven. Er is behoefte aan een duidelijke lijn vanuit de rijksoverheid in het belang van de horeca, zonder stress van boa’s die naar eigen inzicht de wet toepassen.
SVH kreeg van 138 gemeenten antwoord op de vraag wat horecazaken wel en niet mogen tijdens de lockdown. Horecaondernemers hebben een grote diversiteit aan creatieve oplossingen bedacht om toch wat omzet te maken en deze crisis te overleven. Ook worden cafés en restaurants ingericht als winkel: van banketproducten tot wijn, van cadeaupakketten met alcohol tot borrelplanken met bierpakketten. Een groot aantal gemeenten maakt werk van het steunen van horecazaken door ruimhartig te zijn en verkoop van alcohol en andere retailgerichte te gedogen. Maar bijna de helft van de gemeenten past strikt de letter van de wet toe: geen verkoop van alcohol voor to go of bezorging. En in veel gevallen zelfs geen verkoop van bereide etenswaren omdat dit niet in de exploitatievergunning staat. Deze vorm van willekeur zorgt bij veel ondernemers terecht voor boosheid.
Tijdens lockdown alcoholverkoop door horeca vaak gedoogd
44% van de gemeenten staat tijdens de lockdown toe dat horecabedrijven alcoholhoudende dranken verkopen voor consumptie elders. Dat kan zijn voor to go of voor bezorging aan huis. Normaal gesproken geldt dat een horecabedrijf alleen alcohol voor consumptie ter plaatse mag verkopen. Dat is immers het grote verschil met een supermarkt of een slijterij. In 10% van de gemeenten geldt dat alcoholverkoop voor bezorgen alleen is toegestaan voor die bedrijven die normaliter al een vergunning hebben om te mogen bezorgen. Daar is verkoop voor to go in de regel niet toegestaan.
Ricardo Eshuis, directeur SVH, licht toe: “In de gemeenten die alcoholverkoop toestaan, is er sprake van een gedoogregeling, namelijk dat deze verkoop alleen gepaard mag gaan in combinatie met de verkoop van bereide etenswaren. Losse verkoop is niet toegestaan. Een aantal gemeenten heeft daarom ingegrepen bij ondernemers die heel creatief wijnwinkeltjes waren begonnen. Een ander creatief voorbeeld was in Leeuwarden waar gasten met een bidon pils konden kopen bij een café. Dat ging de gemeente te ver. Bijzonder vervelend voor de ondernemer, want die bleef met een grote biervoorraad zitten. Tegelijkertijd zien we in veel plaatsen dat er juist wel ‘restaurantwinkeltjes’ worden gedoogd, zodat ondernemers van voorraden af kunnen komen. Maar dan gaat het uitsluitend om het verkopen van gesloten verpakkingen.”
Dat het verschil binnen een paar kilometer groot is, blijkt in Zuid-Holland uit het contrast tussen twee buurgemeenten: een gedoogbeleid tijdens de lockdown versus een absoluut verbod op verkoop van iets anders dan bereide gerechten voor to go of bezorging.
Handhaving: eerst waarschuwing, dan boete. Een derde handhaaft niet.
Als gemeenten de alcoholverkoop voor to go of bezorging niet toestaan, moet vanuit wetgeving gehandhaafd worden. Op de vraag hoe de handhaving is geregeld, geeft ruim 33% van de ondervraagde gemeenten aan hier niet op te handhaven. Ook al is bekend dat het gebeurt, dan accepteren deze gemeenten dit, zolang de regel van verkoop na 20.00 uur niet wordt overtreden. Het is dan een coulanceregeling om het ondernemers niet nog moeilijker te maken.
Bijna tweederde van de gemeenten die de wet heel strikt toepassen, treedt wel handhavend op tegen bedrijven die alcohol bij bereide maaltijden verkopen. Daarbij geldt dan dat bedrijven eerst een waarschuwing krijgen. Bij herhaling legt de gemeente een boete op.
Wat verder naar voren is gekomen uit het onderzoek, is dat ook verkoop van sterke drank wordt gedoogd. In ongeveer 30% van de gemeenten waar alcoholverkoop tijdens de lockdown wordt gedoogd, wordt verkoop van sterke drank voor to go en bezorgen toegestaan. 70% wil dit in geen geval en ziet erop toe dat dit niet gebeurt.
Sociale hygiëne
De meeste vragen die ondernemers aan SVH stellen gaan over sociale hygiëne en de lockdown (sociale hygiëne: de wettelijke eisen die gelden voor verantwoorde verkoop van alcohol: https://svh.nl/Sociale-Hygiene). De topvraag is de vraag of er een medewerker met sociale hygiëne aanwezig moet zijn, hoewel in de lockdown geen alcohol wordt verkocht. De letter van de wet is duidelijk: wanneer er in een voor gasten toegankelijke ruimte alcohol verkocht kan worden, dan moet er iemand aanwezig zijn die is ingeschreven in het Register Sociale Hygiëne van SVH. Op de vraag ‘moet tijdens de lockdown bij alcoholverkoop voor to go of bezorging aan huis iemand met een diploma sociale hygiëne in de horecazaak aanwezig zijn?,’ antwoordt driekwart van de gemeenten dat dit altijd moet. Ongeveer 20% geeft aan dat dit niet hoeft, terwijl 6% aangeeft dat dit alleen moet bij verkoop voor to go. Er zijn gemeenten die de stelling aanhangen dat er alleen iemand met sociale hygiëne aanwezig hoeft te zijn wanneer alcohol ter plaatse wordt gebruikt, niet voor to go of bezorging.
Een horecabedrijf dat normaal gesproken alcohol verkoopt en besluit dat in deze lockdown niet te doen, moet toch echt navraag doen bij de gemeente hoe ze de aanwezigheid van iemand met sociale hygiëne zien. 45% van de gemeenten verplicht dat er ook dan iemand met een diploma sociale hygiëne aanwezig moet zijn. Ook al gaat het alleen maar om verkoop van bereide gerechten voor to go en bezorging. Volgens de letter van de wet hebben de gemeenten gelijk.
Leeftijd en online bestellen is knelpunt
Leeftijdsverificatie is een knelpunt bij online bestellingen. Via gereguleerde platformen zijn daar met de landelijke overheid afspraken over gemaakt. Er zijn natuurlijk ook horecazaken die niet zijn aangesloten op een groot bezorgplatform en het zelf regelen. In die situaties is 77% van de gemeenten van mening dat bij de bestelling gevraagd moet worden of iemand 18 jaar of ouder is. Dat betekent dat bijna een kwart van de gemeenten daar op voorhand niets mee doet en niet op handhaaft.
Veiligheidsregio’s zijn volledig verdeeld
Sinds corona weten we dat we niet alleen met gemeenten, provincies en de rijksoverheid te maken hebben, maar ook met veiligheidsregio’s. Het onderzoek van SVH maakt duidelijk dat er in de ene veiligheidsregio afstemming is over het alcoholbeleid en in de andere in het geheel niet. Met name dat laatste maakt Nederland een lappendekken omdat binnen veiligheidsregio’s verschillende maatstaven worden gehanteerd.
In veiligheidsregio Gelderland Zuid is één lijn getrokken en mogen horecabedrijven geen alcohol voor to go of bezorgen verkopen. Dat geldt dus ook voor een grote stad als Nijmegen. Daar heeft de gemeente verschillende initiatieven van bedrijven om toch iets van omzet te maken gestopt. Dat is dan in lijn met het beleid binnen de veiligheidsregio.
In Friesland lopen de verschillen sterk uiteen. Waar op Schiermonnikoog wel verkoop van alcohol voor to go en bezorging wordt toegestaan, mag dat elders in de regio niet. Terwijl in andere gemeenten het alleen is toegestaan als het in de exploitatievergunning is opgenomen.
Interpretatie over alcoholverkoop niet overlaten aan boa’s
Het onderzoek van SVH maakt duidelijk hoeveel ruimte de Drank- en Horecawet biedt voor interpretatie. Eshuis: “Wanneer we de interpretatie overlaten aan lokale boa’s die ter plaatse oordelen of er een boete moet komen, dan leidt dat geheid tot ongelukkige situaties. De Drank- en Horecawet is niet een wet die heldere kaders stelt. Het zou goed zijn als de overheid landelijk aangeeft dat horecazaken tijdens de lockdown het recht hebben om gesloten verpakkingen van alcoholhoudende dranken te verkopen. En dat ze het recht hebben om andere producten dan bereide gerechten te verkopen. Zo kan er toch werk gemaakt worden van goede combinaties van dranken en spijzen. Dat is immers het vakgebied van de horeca. En kunnen ondernemers meer uren zinvol invullen met hun medewerkers. Dat dit noodzakelijk is blijkt ook uit de nieuwe steunpakketten die gepresenteerd zijn: dat is voor heel veel cafés en restaurants niet voldoende om het hoofd boven water te houden. En dan zonder de stress van boa’s die naar eigen inzicht de wet gaan toepassen. In een land waar de winkelstraten vol staan, hotels (gelukkig!) dinershows voor hun gasten mogen organiseren en we elkaar omverlopen bij bouwmarkten, moet het ook mogelijk zijn voor de horeca om kleinschalig iets van inkomsten te genereren zonder dat dit mensenmassa’s in beweging brengt.’
De verschillen volgen uit beleidsvrijheid
De gemeenten hebben via de VNG beleidsvrijheid gekregen onder de corona-noodwet. In de VNG-handreiking die geschreven is om handvatten te geven aan gemeenten voor de invoering van de corona-noodwet (of beter: Tijdelijke wet maatregelen Covid-19) is opgetekend: “Voor zover de gemeentelijke regels de nationale regels niet doorkruisen, kan de gemeenteraad op basis van de autonome verordenende bevoegdheid zelf regels stellen. Daarbij kan mogelijk worden gedacht aan strengere sluitingstijden voor horeca, als dat de nationale regels niet doorkruist. Ook kan worden gedacht aan lokale alcoholverboden op bepaalde plaatsen. Artikel 25a Drank- en Horecawet biedt ook een grondslag om bij gemeentelijke verordening de verkoop van alcoholhoudende dranken aan banden te leggen of te verbieden. In artikel 58j, eerste lid, onder e, van de Wpg is hier een grondslag voor coronamaatregelen in de ministeriële regeling over het gebruik van of voor consumptie gereed hebben van alcoholhoudende drank op openbare plaatsen aan toegevoegd. Daarmee kan ter bestrijding van de epidemie ook landelijke regie worden gevoerd, maar daarmee is niet beoogd de gemeentelijke ruimte om alcoholgebruik en –verkoop te regelen uit te sluiten.”
Over SVH
SVH heeft als kerndoel het vergroten van de vakbekwaamheid in de horeca. Samen met partners uit het horecaonderwijs en bedrijfsleven ontwikkelt SVH (digitale) leermiddelen en lesmethodes voor het (mbo-)onderwijs, opleiders en ondernemers. SVH waarborgt kennis door het afnemen van examens en geeft inzicht in het opleidingsaanbod voor de horeca. SVH is bij wet aangewezen om de eisen van sociale hygiëne vanuit de Drank- en Horecawet vast te stellen en het landelijke Register Sociale Hygiëne bij te houden. Het diploma is vereist voor het mogen starten van een drankverstrekkend bedrijf.